EXTRA NIEUWSBRIEF, 2 september 2022

Het tekort aan verzekeringsartsen heeft stevige impact: WIA-aanvragers van 60 jaar en ouder hoeven niet door een verzekeringsarts gekeurd te worden, er komt een onafhankelijke commissie voor de toekomst van het stelsel arbeidsongeschiktheid. Het nieuws was al gelekt, minister van Gennip kreeg 26 augustus van de ministerraad een akkoord op voornemens die dit en veel meer omvatten.

Via de KoM-site heeft u het nieuws op hoofdlijnen kunnen volgen.

Aan het eind van deze extra nieuwsbrief vindt u een tekst ter grootte van 4 A4-tjes met een zo precies mogelijke verwoording van de plannen waarvoor de minister 38 A4-tjes gebruikt.

In deze nieuwsbrief reflecteren we allereerst op de voornaamste punten in Van Gennips plannen. Vervolgens geven we gepubliceerde commentaren van de beroepsgroepen weer.

 

 

1. Vereenvoudigde claimbeoordeling 60-plussers zonder inzet verzekeringsarts

Per of na 1 oktober tot vooralsnog eind 2023, bij akkoord van werkgever en werknemer, bekijkt een arbeidsdeskundige (AD) bij de WIA-aanvraag van 60-plussers met beschikbare gegevens of een oordeel van de verzekeringsarts nodig is. Zo nee, dan oordeelt de AD. Volgens de minister betekent dat geen lagere uitkering dan bij een volledige sociaal-medische beoordeling, en “in bepaalde gevallen” wel een hogere uitkering (WGA 80/100). De minister schrijft in een bijlage: er “.. wordt in beginsel een WGA 80-100 uitkering toegekend, tenzij er sprake is van feitelijke verdiensten van meer dan 65% van het maatmaninkomen.”

Het dossier gaat alsnog naar de verzekeringsarts om recht op een IVA-uitkering te bepalen, zo schrijft de minister “.. wanneer een arbeidsdeskundige, op aangeven van de bedrijfsarts die aangeeft dat er geen benutbare mogelijkheden zijn, constateert dat er sprake kan zijn van duurzame en volledige arbeidsongeschiktheid.”

Kanttekening KoM

– Er is onduidelijk hoe dit gestalte kan krijgen. De arbeidsdeskundige is niet opgeleid voor claimbeoordeling, net zo min als de bedrijfsarts is opgeleid voor het vaststellen van de belastbaarheid op een wijze dat deze bruikbaar is voor het CBBS, het Claimbeoordelings- en Borgingssysteem. De arbeidsdeskundigen zelf geven wat meer duidelijkheid dan de minister, zie hun reactie verderop onder ‘COMMENTAREN’. Ze stellen: de 60-plussers worden  “.. alleen door UWV-arbeidsdeskundigen op het feitelijk inkomen getoetst. .. Er is dus nadrukkelijk geen sprake van medische beoordeling door arbeidsdeskundigen. .. de arbeidsdeskundige [kan] niet beoordelen hoeveel arbeidsvermogen resteert.”

Anderzijds geldt: de minister kiest voor “klein kwaad”, de grote dilemma’s maken harde beslissingen onontkoombaar. Een kwart van de WIA-aanvragen heet afkomstig van 60-plussers. Bedrijfsartsen zien in die leeftijdsgroep veel chronische aandoeningen en zware fysieke slijtage met weerslag op de veerkracht van de mensen.

 

Uitkeringen toegekend met een vereenvoudigde WIA-claimbeoordeling worden niet aan eigenrisicodragende werkgevers doorbelast, en tellen niet mee in de premies voor publiek verzekerde werkgevers (bij (middel)grote werkgevers zijn deze voor een (klein) deel afhankelijk van hun ‘uitstoot’ naar de WIA).

Kanttekeningen KoM

– Werkgevers en werknemers zullen niet vanwege kosten een vereenvoudigde claimbeoordeling weigeren. Maar wel zaait de minister hiermee twijfel over de kwaliteit van de beoordeling zonder verzekeringsarts. Een wezenlijk knelpunt c.q. pervers punt van het stelsel wordt daarentegen weggenomen: eigenrisicodragende werkgevers hebben geen prikkel meer om aldus arbeidsongeschikt beoordeelde werknemers via herbeoordeling(en) uit de WGA naar de IVA te dringen.

– Het geheel zal complexe consequenties hebben voor de private verzekeringen, die worden mogelijk iets aantrekkelijker (zie ook het KoM-dossier eigenrisicodragen).

– Soms zal deze regeling voor 60-plussers voordeliger kunnen zijn dan de opkomende regelingen voor vroegpensioen die sociale partners – met fiscale facilitering – overeenkomen; de vraag rijst wat voor implicaties dat heeft.

– Tenslotte: de minister geeft zelf aan dat een WIA-beoordeling zonder verzekeringsarts afwijkt van de wet, tot onrechtmatige uitgaven leidt, ongelijke behandeling impliceert e.d. Maar in de afweging met oplopende achterstanden in keuringen vindt ze de maatregel gerechtvaardigd. De ministerraad volgt haar; ongetwijfeld hebben haar juristen een gedegen verdediging opgebouwd. En er is hier géén sprake van een wetswijziging, de (kritische) Eerste Kamer komt er niet aan te pas.

 

2. Commissie met een ambitieuze opdracht

Meermalen was in discussie de wens (m.n. van verzekeringsartsen) om het duurzaamheidscriterium te laten vervallen en de IVA af te schaffen. Het kwam opnieuw op in recent verkennend onderzoek naar mogelijke wetsaanpassingen die capaciteit van verzekeringsartsen kunnen besparen. De minister vindt de IVA afschaffen een “.. vergaande wijziging, die ik geschikt acht ter overweging bij een herbezinning op het stelsel voor de lange termijn.”

De toeslagenaffaire leidde tot bezien van ‘hardvochtigheden’ op andere terreinen. Die bleken er, zoals de WIA-toetredingsdrempel van tenminste 35% verlies aan verdiencapaciteit.

De minister wil deze en andere ‘hardheden’ eveneens grondig laten bekijken: “Een fundamentele, integrale verkenning is nodig om te komen tot een houdbaar stelsel voor de lange termijn, dat duurzaam uitvoerbaar is en ruimte laat voor nieuwe beleidswensen. .. De komende periode zal ik werken aan een opdrachtbeschrijving voor .. [een onafhankelijke] commissie, waarbij ik inbreng van stakeholders, waaronder werkgevers en werknemers, meeneem. Mijn streven is dat de commissie vanaf november aan de slag gaat en haar bevindingen oplevert in het eerste kwartaal van 2024.”

Kanttekeningen KoM

– De wens om de WIA-drempel te verlagen naar 25 of liever 15% is meer dan eens verwoord door sociale partners. Ook een kamermeerderheid onder aanvoering van Pieter Omtzigt wil het. Hij betwijfelt, niet zonder reden, of de 35%-drempel zich verdraagt met normen van de Internationale Arbeidsorganisatie. De minister heeft anderzijds meermalen gemeld dat drempelverlaging forse kosten impliceert. In dit dilemma kiest de minister ervoor de kwestie bij de commissie neer te leggen: een tussenweg die acceptabel is voor de regerende coalitie. Oppositie en anderen zullen de minister verwijten zaken ‘te parkeren’.

– De formuleringen van de minister suggereren dat de commissie geen deelnemers zal kennen uit de gelederen van werkgevers- en werknemersorganisaties. De vergelijking dringt zich op met de commissie-Borstlap voor vernieuwing van de arbeidsmarkt: die agendeerde terugdringen van flexwerk als maatschappelijke noodzaak.

– De gedachte commissie krijgt talloze grote en kleine kwesties op haar bord. Ze staat ongetwijfeld voor een complexe opgave. Voor de arbosector kan hierbij het voordeel zijn dat er samenhang komt: zonder zo’n commissie zal het tekort aan verzekeringsartsen telkens weer nopen tot ad hoc maatregelen ten nadele van kwaliteit, consistentie en continuïteit in haar werk. Veel zal afhangen van de precieze opdracht aan de commissie.

3. Kosten

De minister becijfert dat het hele pakket maatregelen van 2022 tot en met 2027 in totaal € 135 miljoen aan extra uitgaven betekent. Dat komt ten laste van haar ministerie.

Kanttekening KoM

– Deze extra uitgaven zijn kennelijk acceptabel voor het kabinet. KoM en andere partijen verenigd in de zogeheten kwaliteitstafel Bedrijfs- en verzekeringsgeneeskunde, opgericht op verzoek van het ministerie, hebben twee jaar geleden gepleit voor een (tijdelijke) overheidsbijdrage aan de opleiding van bedrijfsartsen. Het ontbreekt nog steeds aan een antwoord daarop. Ook bevreemdt het KoM dat de minister € 135 miljoen aan extra uitgaven voor lief neemt, en geen enkel bedrag uittrekt voor extra inzet op preventie. De arbodiensten en professionals verenigd in Kwaliteit op Maat kunnen volop ideeën genereren voor gerichte snelle impulsen voor meer preventie.

COMMENTAREN

De Nederlandse Vereniging van Verzekeringsartsen stuurde haar leden een e-mail: “Zet de verzekeringsarts in zijn kracht!”

De mail meldt dat de brief van de Minister de resultante is van veel overleg tussen SZW, UWV en anderen, waar ook de NVVG veel tijd in heeft gestoken. “Voor de NVVG heeft de kwaliteit van de beoordelingen samen met de verantwoordelijkheid van de verzekeringsarts centraal gestaan. .. In de brief worden opvattingen geventileerd en maatregelen voorgesteld waarmee wij het soms wel maar soms ook helemaal niet eens zijn.”

Over het proces schrijft de NVVG: “Onder de druk van de grote achterstanden werden [door derden] alle mogelijke voorstellen ingebracht, niet gehinderd door enige kennis van hoe het werkt in de verzekeringsgeneeskundige praktijk/op de werkvloer. Tenenkrommend soms, .. Gelukkig slaagde de NVVG er vaak wel in om begrip te krijgen voor onze visie en standpunten bij de mensen aan de overlegtafels. Bij de Minister lijkt dit nog niet gelukt zo imponeert het althans. In lijn met haar opmerkingen in het commissiedebat Uitvoering sociale zekerheid april jl. schrijft zij nu in de brief dat “Waar een verzekeringsarts 20 jaar geleden – ten tijde van de WAO – in ongeveer 2 uur een claimbeoordeling deed, is dat inmiddels opgelopen tot ruim 5 uur”. Dit wordt ook nog eens geïllustreerd in een figuur waarvan de NVVG niet weet hoe dit is berekend. En zonder nadere toelichting over deze veronderstelde vertraging bij de verzekeringsarts gaat dit naar zwartepieten.  De ‘mismatch’ vraagt om verschillende aanpakken gericht op de onderliggende factoren en niet om wijzen naar de verzekeringsarts.

De NVVG vindt het niet chique van de Minister dat de NVVG dit één dag voor versturen van de brief naar de kamer pas onder ogen krijgt. En dat notabene net na een overleg waarin SZW, UWV en NVVG plechtig instemden elkaar tijdig te zullen betrekken.”

Wat betreft het beoordelen van 60-plussers zonder verzekeringsarts: “De NVVG is hiervan geen voorstander omdat het uitgangspunt moet zijn ‘participatie waar het kan, uitkering waar het moet’. Het tijdelijk voorrang verlenen aan die mensen die het meeste kans hebben om weer aan de slag te komen dan wel te blijven, vindt de NVVG acceptabel, mits gewaarborgd is dat iedereen die beoordeeld wil worden, dat ook wordt.”

Over de commissie voor een mogelijk nieuw stelsel: “De NVVG heeft meermaals aangeven dat het ons verstandig lijkt om daarbij ook een representatieve vertegenwoordiging van de beroepsgroep te laten aansluiten. Het is voor elke inrichting van een (nieuw) stelsel essentieel dat het perspectief van de (medisch) professionals op de werkvloer wordt meegenomen.”

Bron NVVG

 

UWV, Uitvoeringsorgaan WerknemersVerzekeringen, publiceerde een persbericht: “UWV positief over maatregelen sociaal-medische beoordelingen. Maar we zijn er nog niet”.

Bron UWV

 

De Nederlandse Vereniging van Arbeidsdeskundigen reageert op 1 september, en voegt feitelijk iets toe aan de brief van de minister: de 60-plussers worden “.. alleen door UWV-arbeidsdeskundigen op het feitelijk inkomen getoetst. In beginsel krijgen aanvragers een WGA 80-100 uitkering toegekend, tenzij zij hun feitelijk inkomen meer dan 65% van het maatmaninkomen bedraagt. .. De NVvA benadrukt dat arbeidsdeskundigen in de vereenvoudigde Wia-procedure dossiers alleen toetsen op juiste uitvoering van het re-integratieproces en het feitelijk inkomen van de cliënt. .. De NVvA vindt deze vereenvoudigde Wia-beoordeling niet ideaal. Door het ontbreken van een sociaal-medische beoordeling kan de arbeidsdeskundige niet beoordelen hoeveel arbeidsvermogen resteert. Op basis van inkomen worden alle aanvragen vanaf 35% arbeidsongeschikt gehonoreerd met een volledige Wia-uitkering.”

Bron NVVA

 

NOG GEEN REACTIE GEVONDEN BIJ

NVAB

NOVAG

NVAA

OVAL

VNO-NCW, MKB-NL, AWVN

FNV, CNV

 

MAATREGELEN MINISTER VAN SZW IN VERBAND MET TEKORT VERZEKERINGSARTSEN EN ‘HARDHEDEN’ IN DE WIA – AUGUSTUS 2022

 

Minister van Gennip bracht op 26 augustus 2022 een brief uit – met instemming van de ministerraad – over de aanpak van het tekort aan verzekeringsartsen resp. van ‘hardheden’ in de WIA, de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen. De brief, getiteld “Aanpak mismatch sociaal-medisch beoordelen en hardheden WIA” telt 22 pagina’s, en 16 pagina’s toelichtingen in bijlagen. Het ministerie publiceerde een samenvattend nieuwsbericht, “Dit najaar maatregelen tegen wachtlijsten bij UWV”.

Kwaliteit op Maat brengt de voorliggende samenvatting van de brief uit, bedoeld voor precies inzicht in de voorgenomen maatregelen, nagenoeg letterlijk de bewoordingen van de bewindspersoon, met “aanhalingstekens” aangegeven.

 

  1. INLEIDING

 

“De sociale zekerheid in Nederland biedt een stevig vangnet .. maar er is ruimte voor verbetering. Het kabinet heeft zich tot doel gesteld om ‘hardheden’ uit de WIA weg te nemen, met oog voor uitvoerbaarheid, betaalbaarheid en uitlegbaarheid. .. Het aantal verzekeringsartsen blijft de komende periode in het meest gunstige scenario gelijk, terwijl de vraag naar (her)beoordelingen verder toeneemt.”

 

  1. STAND VAN ZAKEN

 

“Wanneer we het geschatte effect van de reeds in gang gezette maatregelen meenemen, waaronder het werken met het regiemodel voor sociaal-medische beoordelingen en de effectievere inzet van de verzekeringsarts in de Ziektewet en de andere maatregelen die in de bijlage worden beschreven, neemt de mismatch .. af met 26%-punt, waarmee in 2030 een mismatch van nog steeds 7% zou resteren. Het realiseren van deze afname is ambitieus en vraagt veel van UWV.

.. hoewel de genomen maatregelen komende jaren effect gaan sorteren, stemt de prognose niet positief. Ik acht aanvullende maatregelen dan ook noodzakelijk.”

 

  1. KORTE TERMIJN

 

3.1. Aanvullende maatregelen sociaal-medisch beoordelen voor de korte termijn

  1. Aanvullende maatregelen die UWV neemt

A1. Sterkere inzet op de arbodienstverlening van UWV in de Ziektewet

“.. niet iedere cliënt [hoeft] na een standaardperiode van een jaar uitgebreid te worden beoordeeld. .. Deze vrijgekomen capaciteit gaat UWV inzetten voor de re-integratie van mensen in de Ziektewet.”

A2. Verbetering claimbeoordeling

“.. het optimaliseren van interne processen ..”

A3. Tijdige uitvoering RIV-toets

“.. zodat werknemer en werkgever optimaal in staat worden gesteld om re-integratiekansen te benutten. Een goede RIV-toets kan ook worden gebruikt voor triage, oftewel de vervolgstappen in het proces van de sociaal medische beoordeling.”

A4. Ziekmelding vanuit WW

“UWV herziet het interne proces voor cliënten die via de WW in de Ziektewet en vervolgens in de WIA komen, met meer nadruk op re-integratie en baankansen tijdens de ziekteperiode.”

A5. Proactief klantcontact

“.. snellere en betere dienstverlening bij de aanvraag van een WIA-uitkering, .. [door] de client beter te informeren ..”

 

  1. Tijdelijke maatregelen voor een gerichtere inzet van de verzekeringsarts

“De eerste maatregel leidt tot onrechtmatige uitgaven, en gaat gepaard met zorgvuldige monitoring en evaluatie .. Ik streef ernaar om deze maatregelen zo snel mogelijk, maar niet voor 1 oktober aanstaande in werking te laten treden.”

B1. Vereenvoudigde WIA-claimbeoordeling zonder inzet verzekeringsarts

“.. tijdelijk, tot eind 2023, .. De vereenvoudigde aanpak voor 60-plussers bij de WIA-claimbeoordeling houdt in dat de arbeidsdeskundige bepaalt, mits werkgever en werknemer akkoord zijn met de werkwijze, en op basis van reeds beschikbare informatie, of een oordeel van de verzekeringsarts noodzakelijk is. In veel gevallen betekent dit dat mensen niet door een verzekeringsarts gezien hoeven te worden. ..

De vereenvoudigde claimbeoordeling leidt niet tot een lagere uitkering dan wanneer er een volledige sociaal-medische beoordeling zou worden gedaan. De vereenvoudigde claimbeoordeling leidt in bepaalde gevallen wel tot een hogere uitkering (WGA 80/100).

.. wanneer een arbeidsdeskundige, op aangeven van de bedrijfsarts die aangeeft dat er geen benutbare mogelijkheden zijn, constateert dat er sprake kan zijn van duurzame en volledige arbeidsongeschiktheid, wordt het dossier alsnog voorgelegd aan de verzekeringsarts om te bepalen of er recht is op een IVA-uitkering. Bovendien blijft .. de mogelijkheid om bezwaar te maken tegen de beslissing van UWV, onveranderd beschikbaar.

.. de uitkeringen die zijn toegekend op basis van een vereenvoudigde WIA-claimbeoordeling [worden], in afwijking van de wet, niet aan publiek verzekerde werkgevers toegerekend via de Whk-premie en niet aan eigenrisicodragende werkgevers doorbelast. In bijlage 2 geef ik [hiervan] een uitgebreide omschrijving ..”

– In die bijlage is te lezen: er “.. wordt in beginsel een WGA 80-100 uitkering toegekend, tenzij er sprake is van feitelijke verdiensten van meer dan 65% van het maatmaninkomen. Voor 60-plussers die op het moment van de WIA-claimbeoordeling feitelijke verdiensten hebben die structureel en passend zijn, kan een arbeidsdeskundige op basis van die verdiensten bepalen of de cliënt meer dan 65% van zijn maatmaninkomen verdient. In dat geval is iemand minder dan 35% arbeidsongeschikt en ontvangt diegene geen uitkering. Voor 60-plussers die wel feitelijke verdiensten hebben, maar minder dan 65% van hun maatmaninkomen, of die geen inkomsten hebben wordt bij toepassing van deze vereenvoudigde beoordeling een WGA 80-100 uitkering toegekend.”

 

B2. Geen herbeoordeling voor mensen met duurzaam geen arbeidsvermogen die toch gaan werken.

“.. gedurende vijf jaar geen herbeoordeling .. van mensen in de IVA en in de Wajong, die duurzaam volledig arbeidsongeschikt zijn verklaard en die er ondanks hun beperkingen in slagen – al dan niet met hulp – om betaald werk te krijgen. .. Het voordeel voor deze mensen zelf is dat zij meer zekerheid krijgen dat UWV hun uitkering niet beëindigt zodra zij gaan werken.”

 

  1. Verlenging tijdelijke maatregel voorschotten

De minister acht “.. het met UWV noodzakelijk om de tijdelijke terugvorderingsregeling voor personen bij wie het voorschot niet of slechts gedeeltelijk verrekend kan worden met een WW- of WIA-uitkering, te verlengen tot en met 31 december 2023.

 

3.2. WIA hardheden op de korte termijn

“Een deel van .. [de] gesignaleerde hardvochtigheden raakt de kern van het stelsel en zal dus moeten landen in een fundamentele herziening van het stelsel (zie ook paragraaf 5). Ik ben echter ook op de korte termijn aan de slag .. Ik schets in deze brief een aantal trajecten .. maar dit is geen limitatieve opsomming.”

Reeds lopende trajecten

– UWV kijkt “.. naar mogelijke verkorting van de verrekencyclus voor de WIA en werkt .. aan het verbeteren van het klantcontact over inkomstenverrekening, ..

– De dagloonsystematiek in de WIA wijkt op enkele punten af van die van de WW, .. Onder meer voor werknemers die van de WW-uitkering doorstromen naar een WIA-uitkering kan dat tot moeilijk uitlegbare uitkomsten leiden. Er wordt bezien welke oplossingen hier mogelijk zijn, ..

– IVA uitkeringsgerechtigden die duurzaam geen arbeidsmogelijkheden (DGA) hebben, [kunnen bij wijze van experiment in afwijking van de wet] ondersteuning krijgen om werk te vinden en te behouden.

– UWV richt .. een proef in met het inzetten van functiegerichte taaltrainingen voor WGA-gerechtigden ..

– .. achterstanden .. in het actualiseren van functies in het Claimbeoordelings- en Borgingssysteem (CBBS) worden door UWV op dit moment weggewerkt. [Er wordt] .. gekeken naar oplossingsrichtingen om het CBBS voor de langere termijn meer ‘crisisbestendig’ te maken. .. De Stichting van de Arbeid heeft .. meer fundamentele kritiek .. op het theoretisch gehalte van het CBBS. [De minister zal] het gesprek aangaan om deze kritiek nader te duiden en te bezien of er binnen het stelsel mogelijkheden zijn hieraan tegemoet te komen.”

 

  1. MIDDELLANGE TERMIJN

 

4.1. Opties uit rapport Gupta Strategists

De minister had .. “Gupta Strategists gevraagd om voor een aantal aanvullende maatregelen waarvoor wetswijziging nodig is, het effect op de beoordelingscapaciteit door te rekenen. [Ze ziet] drie beleidsopties met relatief groot effect op de benodigde capaciteit aan verzekeringsartsen:

  1. Laten vervallen van het duurzaamheidscriterium en afschaffen van de IVA;
  2. Na 5 jaar volledige arbeidsongeschiktheid (WGA 80-100) duurzaamheid aannemen (aanpassen duurzaamheidscriterium);
  3. Voor mensen die werken alleen op basis van feitelijke verdiensten een schatting maken van hun arbeidsongeschiktheidspercentage, en niet ook op basis van een theoretische schatting.

Gupta heeft ingeschat dat elk van deze maatregelen zou kunnen leiden tot een afname van de mismatch met maximaal 10%-punt. .. potentieel .. een relatief groot effect.

[1.] .. is een vergaande wijziging, die ik geschikt acht ter overweging bij een herbezinning op het stelsel voor de lange termijn middels een externe onderzoekscommissie, waar ik in paragraaf 5 in deze brief verder op inga. ..

Beleidsopties 2 en 3 wil ik op korte termijn verder verkennen. Daarbij bekijk ik ook de samenloop met het wetsvoorstel om het advies van de bedrijfsarts over de belastbaarheid van de werknemer leidend te maken bij de RIV-toets. Ik ga hierover verder het gesprek voeren met sociale partners, UWV en NVVG.”

 

4.2. Samenwerking met de curatieve sector

[Er] “.. heeft overleg plaatsgevonden tussen de Federatie Medische Specialisten (FMS), de Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde (NVAB), de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV), de NVVG, UWV en de ministeries van VWS en SZW, over de verstrekking van medische gegevens door artsen in de curatieve sector aan verzekeringsartsen.

De conclusie van het overleg is dat alle partijen kansen zien voor nadere samenwerking. .. De nieuwe manier van werken in sociaal medische centra, waarbij verzekeringsartsen met hun team de verantwoordelijkheid hebben voor cliënten in een bepaald postcodegebied, leent zich goed voor deze samenwerking. ..

Een ander voorbeeld is het door mij gefinancierde platform Toekomst Arbeidsgerelateerde Zorg, waar onder leiding van RIVM bedrijfsartsen en professionals uit de reguliere zorg samenwerken, kennis delen en informatie uitwisselen. Op dit moment worden plannen uitgewerkt om het platform uit te breiden met een online functie om ervaringen te ontsluiten voor geïnteresseerde professionals.”

 

  1. LANGE TERMIJN

 

5.1. Commissie met een ambitieuze opdracht

“Een fundamentele, integrale verkenning is nodig om te komen tot een houdbaar stelsel voor de lange termijn, dat duurzaam uitvoerbaar is en ruimte laat voor nieuwe beleidswensen. .. De komende periode zal ik werken aan een opdrachtbeschrijving voor .. [een onafhankelijke] commissie, waarbij ik inbreng van stakeholders, waaronder werkgevers en werknemers, meeneem. Mijn streven is dat de commissie vanaf november aan de slag gaat en haar bevindingen oplevert in het eerste kwartaal van 2024.”

 

5.2. Kaders van de opdracht aan de commissie

Ik wil dat de commissie vrijheid krijgt om buiten de bestaande kaders te denken. .. Ik wil de commissie .. meegeven .. zowel te kijken naar het sterker bevorderen van activering om ervoor te zorgen dat werknemers zoveel mogelijk in staat worden gesteld om aan het werk te blijven of te gaan, als naar het bevorderen van de inkomensbescherming. Bij het bevorderen van activering denk ik bijvoorbeeld aan het versterken van preventie, re-integratie en activerende prikkels in het stelsel. Bij het bevorderen van de inkomensbescherming denk ik bijvoorbeeld aan de ‘35-minners’.”

 

5.3. Voortbouwen en samenbrengen

.. “Er ligt al veel waar de commissie op kan voortbouwen, zoals de SER-adviezen over sociaaleconomisch beleid uit 2021 en de WIA-aanbevelingen van de Stichting van de Arbeid uit 2020. .. onderzoek van Panteia .. [over] hardvochtige effecten voor groepen burgers .. [de UWV] knelpuntenbrief ..”.

 

  1. FINANCIELE PARAGRAAF

“Een aantal van de in deze brief aangekondigde kortetermijnmaatregelen vergt extra uitgaven .. waardoor het totale pakket in totaal cumulatief van 2022 tot en met 2027 tot € 135 miljoen aan extra uitgaven leidt. .. De extra uitgaven worden gedekt uit het uitvoeringsbudget (artikel 11) van de begroting van SZW.”

 

  1. TOT SLOT

.. “Met het in deze brief gepresenteerde samenhangende pakket aan maatregelen wordt zowel het vraagstuk van het sociaal-medisch beoordelen aangepakt, als een aanzet gegeven tot het wegnemen van verschillende hardheden uit het stelsel. Ik heb er vertrouwen in dat we stappen in de juiste richting zetten.” ..

 

De Minister van Sociale Zaken

en Werkgelegenheid,

C.E.G. van Gennip

 

Deze samenvatting als downloadbare PDF en verwijzingen naar de diverse bronnen vindt u op de KoM-site

De schatting dat een kwart van de WIA-aanvragen van 60-plussers komt, is genoemd in TBV-online 

BEKIJK DE KOM-SITE

Arbodeskundigen gezocht voor ’t MBO

Veilig en gezond werken begint al in de schoolbanken. Dat adagium is nog lang geen realiteit. Maar er is vooruitgang. MBO-instellingen willen studenten uitdagen om arbeidsrisico’s te herkennen en te beheersen. Bijvoorbeeld met een les van een gastdocent, of met langere ondersteuning van een arboprofessional. Welke arbodeskundigen willen meewerken? Lees meer op de KoM-site

 

Doe uw voordeel met onze website!

Op de site van de KoM vindt u vele pagina’s met documentatie en ontwikkelingen. Onder tabblad Service vindt u pagina’s waar KoM-leden hun voordeel mee doen, voor klanten en zich zelf.

Ga naar onze website

 

 

  Tweet 

  Deel 

  Doorsturen 

Kwaliteit op Maat
p/aJohannes de Bekastraat 71
3514 VL Utrecht
085 06 06 475Uitschrijven