Positieve houding van hun omgeving telt

Steeds meer ouderen blijven na hun pensioenleeftijd meedoen op de arbeidsmarkt. Zelfs tot op hoge leeftijd! Enkele cijfers over arbeidsparticipatie in 2023 zijn de volgende.

– 68-jarige mannen:    22%

– 70- tot 75-plussers: 11%

– 75-plussers:                5%

Deze cijfers zijn een verdubbeling ten opzichte van zo’n twintig jaar geleden. Deels is dit een gevolg van de groei van zzp’ers, die traditioneel dikwijls doorwerken na het bereiken van de AOW-leeftijd. Maar ook werknemers blijken vaker ‘werklustig’. Wel gebeurt het doorwerken doorgaans op deeltijdbasis met meestal een beperkt aantal uren. In het vorige decennium bleek telkens dat de helft van de ouderen die na het pensioen doorwerken, dat minder dan twaalf uur per week deed.

Hoe dan ook, dit kan helpen bij de structurele tekorten op de arbeidsmarkt. Het blad Economisch-Statistische Berichten (ESB) publiceert een overzichtsartikel van onderzoek met aanknopingspunten voor werving voor doorwerken. Geld blijkt voor betrokkenen zelden doorslaggevend, aldus enquêtering*.

Nuttig zijn

Het draait vooral om positieve motieven.

 

De auteurs: “Plezier in het werk, het gevoel echt nuttig te zijn en van betekenis zijn voor anderen zijn de belangrijkste motieven. Sociale drijfveren zijn ook belangrijk. Een meerderheid noemt het (tamelijk) belangrijk om gevraagd te zijn door een werkgever. Ook sociale contacten op het werk wordt door een ruime meerderheid genoemd als (tamelijk) belangrijk motief”.

Flexibel

Flexibiliteit en vrijheid zijn wezenlijk.

Flexibiliteit lijkt het ook makkelijker te maken langer actief te blijven. Gemiddeld noemen betrokkenen de leeftijd van 75 als moment voor willen stoppen met betaald werk. Twintig procent zegt pas te willen stoppen op z’n tachtigste of ouder.

Belemmeringen

Uiteraard zijn er belemmeringen, zoals gezondheid maar ook mantelzorgtaken.

Verschuiving bij werkgevers

De auteurs wijzen ook op ontwikkeling bij werkgevers wat betreft laten doorwerken van het zittend personeel na de AOW-leeftijd. Onderzoek in 2017 liet zien dat bijna de helft van de werkgevers (45%) hun beslissing daartoe zag als iets dat op positieve waardering van het personeel kon rekenen. Twee jaar later was dat al gestegen tot meer dan de helft van de werkgevers (61%). De inschatting van reacties van overig personeel op doorwerken door ouderen blijkt belangrijk voor werkgevers.

Conclusie: tijdig aanspreken

De auteurs schrijven: “Dit zijn inzichten waar werkgevers hun voordeel mee kunnen doen”, en: “Opvallend is dat een meerderheid van de doorwerkers ook aangeeft dat ze waren gevraagd, of dat ze nodig waren op het werk.”

De belemmeringen die eenmaal gepensioneerden zien voor (gaan) werken, lijken moeilijk te beïnvloeden door werkgevers. Voor de arbosector is het een belangrijk gegeven dat de houding van werkgevers over doorwerken-na-pensioen meestal positief is, en dat ze de meningen van jongere collega’s meewegen. Het lijkt te adviseren dat werkgevers tijdig voor de pensioenleeftijd hun aanstaande pensionarissen én de omgeving aanspreken.

 

* Enquêtering onder (delen van het) panel van het Nederlands Interuniversitair Demografisch Instituut met ruim 4000 deelnemers.

 

Het artikel in ESB