Alvast verbeteringen in stelsel?

Minister van Gennip lijkt ervoor te voelen

Vier uur was ervoor uitgetrokken, op een klein kwartiertje na is die tijd gebruikt: de zitting van de Tweede Kamercommissie voor SZW op 24 april. Onder de kop “arbeidsongeschiktheid” stonden tien stukken op de agenda. Zeven Kamerleden onderhielden minister van Gennip daarover. Deed zij nieuwe toezeggingen?

Arbeidsongeschiktheid op basis van feitelijk werk

Een onderwerp betreft het zogeheten Schattingsbesluit: de tijdelijke aanpassing (waartoe de minister zonder Kamer bevoegd is) om arbeidsongeschiktheid vast te stellen aan de hand van feitelijke arbeid ten tijde van de aanvraag. Dit is omstreden, zie bijvoorbeeld het KoM-nieuwsbericht van 11 februari. De uitvoeringspraktijk laat problematische uitkomsten zien. Dit alles kreeg nauwelijks aandacht, de minister hoefde er geen toezegging over te doen.

Onafhankelijke Commissie Toekomst ArbeidsongeschiktheidsStelsel

Veel aandacht ging uit naar het werk van deze OCTAS. De minister herhaalde haar toezegging om “na de zomer” te komen met een ambtelijke uitwerking van de drie varianten. Dit als opmaat voor wat een nieuw kabinet kan beslissen. Kamerleden verwachten een stuk met het karakter van een ‘menukaart’, waarmee keuzes te maken zijn voor inrichting van een nieuw stelsel. Van Gennip denkt meer aan een uitwerking van de drie varianten, zij het niet in beton gegoten; indien politiek gewenst, zijn onderdelen van de ene variant in een andere te plaatsen.

Alvast beginnen met verbeteringen in stelsel?

Bij haar reactie op vragen gaf de bewindspersoon aan: het is mogelijk, en het zou haar voorkeur hebben, om toch (zelf?) al wel te beginnen met uitvoering van onderdelen uit de eerste variant, het verbeteren van het bestaande stelsel. Dit vooruitlopend op ‘de grote hervorming’. Maar, zei ze ook, dat vraagt liefst wel enig inzicht in de inrichting van de grote hervorming, anders kunnen zaken ongunstig uitpakken.

De ‘drempel’ voor toelating tot uitkering

SP-Kamerlid Van Kent liet niet(s) na te bepleiten dat deze verlaagd wordt van 35% arbeidsongeschiktheid, naar wat hem betreft liefst 15%. De minister deed de toezegging dit onderwerp mee te nemen bij de ambtelijke uitwerking van de OCTAS-varianten.

Ze zal daarin ook de mogelijkheden bezien voor verruiming van de no-risk-polis, voor langdurig zieke werknemers. “Vóór de zomer” komt de bewindspersoon nog met informatie of opties onder andere wat betreft de sociaal-medische centra bij UWV voor claim- en herbeoordelingen, de issue van moeilijk objectiveerbare aandoeningen en de mogelijkheid om private initiatieven in te zetten voor verkorting van de WIA-wachtlijsten

KoMkanttekeningen

  • De ‘oogst’ is heel mager. De gang van zaken bij het onderwerp ‘verlaging drempel arbeidsongeschiktheid’ is bijna hilarisch. Een Kamermeerderheid, onder aanvoering van Pieter Omtzigt, heeft al jaren geleden een motie ter zake aangenomen. Toen Van Gennip najaar 2022 onder druk kwam om er gevolg aan te geven, bracht ze het onderwerp onder bij de OCTAS. Opmerkelijk dus dat haar toezegging nu als nieuw genoteerd werd.
  • De minister sprak een voorkeur uit om alvast te beginnen met verbeteringen in het bestaande stelsel. Dit met slagen om de arm. Het kan in het belang zijn van werknemers, werkgevers en professionals: niet jááren onduidelijkheid over het totaalplaatje.
  • Van Gennip bekijkt de mogelijkheid om private initiatieven in te zetten voor verkorting van de WIA-wachtlijsten. Dat is hoogst interessant!
  • Het vervolg op het OCTAS-rapport is ook in ander opzicht nog lang geen uitgemaakte zaak. De Sociaal-Economische Raad (SER) adviseerde in november ’23 deels over de nota Arbovisie 2040, én meldde een vervolgadvies te zullen geven over de bedrijfsgezondheidszorg. Dat verschijnt waarschijnlijk medio 2024. Het zit werkgevers- en werknemersorganisaties niet lekker dat de minister geen OCTAS-leden benoemde uit hun kring. Wie weet hoe ze het SER-advies gebruiken voor bijbuigen in hun richting.